Veel hulpverleners vinden wervelletsel al eng, maar hoe zit dat nu als het slachtoffer buiten bewustzijn is? Moet je hem of haar dan in de stabiele zijligging leggen? En hoe zit dat als het slachtoffer niet ademt? Vererger je dan het letsel door te reanimeren?
Opbouw van de wervelkolom
De wervelkolom bestaat uit 33 of 34 wervels, van het hoofd (atlas en axis) tot het stuitje (de staartwervels). De wervelkolom is belangrijk omdat het ons ruggenmerg beschermt. Het ruggenmerg is een deel van het centrale zenuwstelsel van het lichaam. Het deel in de wervelkolom ontvangt en verzendt sensorische informatie van huid, spieren, gewrichten en organen en zorgt voor de beweging van ons lichaam.
Circulatie
Ons lichaam werkt in prioriteiten. Het meest belangrijke wordt het langst beschermd, soms dus ten koste van minder “vitale” functies in ons lichaam. Bloedsomloop, ademhaling en bewustzijn/hersenfunctie worden door ons lichaam als de belangrijkste functies beschouwd. Bloedsomloop en ademhaling worden samen ook wel circulatie genoemd.
ABC-protocol
Bij het benaderen van een slachtoffer leer je als eerste hulpverlener twee “rijtjes”. Namelijk “de regel van vijf” en het “ABC-protocol”.
Het ABC protocol is een methode om het eerste te behandelen wat het meest belangrijk is. ABC staat in dit geval voor:
- A – Airway (vrijmaken en vrijhouden van de luchtweg)
- B – Breathing (controleren en beschermen van een normale ademhaling)
- C – Circulatie (controleren of ademhaling circulatie is en eventueel circulatie handmatig stimuleren door compressies en beademingen (reanimatie))
Eigenlijk is hier het antwoord over wervelletsel al een beetje in verscholen. Airway wordt in dit protocol, dat ook door de professionele hulpverleners wordt gebruikt, als belangrijkste gezien. Dat wordt nog duidelijker als je het hele ABC protocol ziet, namelijk de letters D en E.
D – Disability (bewustzijn controleren, beweging (on)mogelijk maken)
E – Exposure (controleren op en beschermen tegen invloeden van buitenaf zoals kou of warmte)
Daarnaast begint eerste hulp met veiligheid. Dat houdt in: veiligheid voor jezelf, voor het slachtoffer en voor omstanders.
Wervelletsel versus circulatie
Tot voor zover het theoretische antwoord. Als eerste hulpverlener wil je nu weten wat je wel of vooral niet moet doen bij wervelletsel. Hier komt het op, misschien wat ongenuanceerd, determineren aan.
- Als je niet reanimeert is de kans groot dat een slachtoffer niet herstelt.
- Je kunt niet zelf inschatten of er wervelletsel is. Het slachtoffer kan het je immers niet vertellen als hij buiten bewustzijn is.
- Als er al wervelletsel is kun jij niet inschatten wat daar de consequenties van zijn. Het maakt bijvoorbeeld nogal wat uit wáár het letsel in de wervel zit.
- Je weet dat de consequentie van “geen circulatie” overlijden zal zijn.
Als eerste hulpverlener heb je onvoldoende inzicht in wervelletsel. Als circulatie niet aanwezig is, behandel je het ernstigste letsel het eerst. Dat is dus die circulatie. Ongeacht mogelijk wervelletsel start je dan reanimatie. Verplaats een slachtoffer als dat nodig is. Fixeer het hoofd of de nek niet tijdens de reanimatie, dat maakt het met de reguliere reanimatie onmogelijk om te beademen. Beademen is noodzakelijk.
Slachtoffer ademt of bij bewustzijn
Ademt een slachtoffer zelfstandig of is hij bij bewustzijn? Begin simpel. Vraag waar hij pijn heeft en wat er is gebeurd. Vraag het slachtoffer zelf het hoofd stil te houden als je wervelletsel vermoedt. Daarna kun je het slachtoffer helpen door de wervelkolom onbeweeglijk te houden door rust en steun te geven met dekens, door een fixatiegreep zoals manuele fixatie of door andere technieken. Deze technieken leer je in een EHBO cursus. Is het slachtoffer buiten bewustzijn? Dan kun je de nek stil houden door in plaats van de stabiele zijligging de chinlift te blijven doen. Doe dat pas nadat je 112 hebt gebeld.